Deze veranderingen voelt u in 2023 in uw portemonnee...



Hogere nettolonen, het capaciteitstarief en strengere renovatienormen.

Bij een nieuw jaar horen traditioneel heel wat veranderingen die u in de geldbuidel voelt.

We sommen de belangrijkste voor u op.


1. Meer nettoloon


We kunnen starten met goed nieuws. Zowel in de private als in de openbare sector zullen alle Belgen hun nettoloon zien stijgen.

Dat komt door de aanpassing van de belastingschalen in de bedrijfsvoorheffing.

De hr-dienstverlener SD Worx berekende dat het om minstens 50 euro per maand gaat, of 600 euro netto extra per jaar.


De stijging staat los van de automatische loonindexering. Werknemers uit de openbare sector hebben die de voorbije maanden al geleidelijk op hun loonstrookje zien verschijnen.

De privésector voert die indexering traditioneel op 1 januari door. Daardoor zal het nettoloon dus nog meer stijgen, als antwoord op de duurdere winkelkar en de explosief

gestegen energieprijzen.


2. Hogere rente op spaarrekeningen


KBC, Belfius, VDK en NIBC Direct verhogen in het zog van de Europese Centrale Bank (ECB) de vergoeding op de spaarboekjes.

Bij NIBC Direct ging de wijziging al in op 22 december. Bij Belfius en VDK vanaf 2 januari. Bij KBC gebeurt dat op 8 januari.


NIBC Direct zit meteen in de kopgroep van best renderende spaarrekeningen op de Belgische markt.

De basisrente op de getrouwheidsrekening van de bank stijgt van 0,1 naar 0,3 procent en de premie van 0,6 naar 1,1 procent.

Bij de NIBC Direct Spaarrekening strandt het totaalrendement op 0,7 procent (0,5% basisrente + 0,2% getrouwheidspremie).


Bij Belfius wordt de basisrente opgetrokken van 0,01 tot 0,35 procent en de getrouwheidspremie van 0,10 tot 0,15 procent. Het was de eerste grootbank die een verhoging aankondigde. Ook VDK komt met een hogere vergoeding voor zijn Jovo-jongeren- en Rentespaarrekening: de basisrente komt vanaf 2 januari op 0,25 procent en de getrouwheidspremie op 0,25 procent. Spaarders genieten bij KBC vanaf 8 januari 0,35 procent rente en 0,25 procent premie in plaats van het wettelijke minimum.

De oude spaarformule Start2Save wordt ook nieuw leven ingeblazen. Met die formule kunnen voor stortingen tot 500 euro per maand nog ietwat meer intresten gesprokkeld

worden (0,15% rente + 0,75% premie).


3. Invoering capaciteitstarief


Vanaf 1 januari wordt het sterk gecontesteerde capaciteitstarief ingevoerd. Dat komt in de plaats van het dag- en nachttarief, en moet mensen ertoe aanmoedigen hun

energiegebruik te spreiden over de dag, om pieken op het net te voorkomen.


Uit een studie van de Universiteit Gent bleek dat bijna een derde van de huishoudens door het nieuwe tarief zijn energiefactuur op jaarbasis zal zien stijgen met 20 tot 100 euro. Zeker de kleine verbruikers zullen daar de dupe van zijn. Het gaat in eerste instantie om gezinnen die minder dan 900 kWh aan stroom per jaar verbruiken.

De Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) ontwikkelde een tool waarmee gezinnen kunnen berekenen wat het capaciteitstarief voor hen zou betekenen.

Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) stapte deze zomer nog naar Brusselse hof van beroep om het capaciteitstarief te vernietigen.

Die rechtszaak kwam echter te laat en zal ten vroegste ergens in 2023 behandeld worden.


Lees hier hoe gezinnen kunnen omgaan met het capaciteitstarief.


4. De Vlaamse renovatieplicht


Wie zich vandaag aan een vastgoedavontuur waagt, komt in woelig water terecht. Door de rentestijging valt geld lenen voor een woning al heel wat duurder uit.

Ook de Vlaamse renovatieplicht zal de kostprijs van een verbouwproject de hoogte injagen. Concreet geldt de renovatieverplichting voor woningen met een EPC-label van E of F. Kopers krijgen vijf jaar om hun woning te upgraden naar een label D. Wie niet tijdig aan die verplichting voldoet, riskeert een administratieve boete van 500 tot 200.000 euro.

Het energieprestatiecertificaat (EPC) toont aan hoe energiezuinig een woning is. Het minimum waaraan een woning moet voldoen, stijgt gradueel.

Wie na 2028 een woning koopt, zal moeten renoveren tot het label C, enzovoort.


Gelijktijdig wordt het renteloze renovatiekrediet omgezet in een rentesubsidie. Bij verschillende banken of bij het Vlaams Woningfonds konden klussers aankloppen voor een renteloos renovatiekrediet van 30.000, 45.000 of 60.000 euro, afhankelijk van het energielabel van de woning voor en na de renovatie. Vanaf 1 januari zullen zij echter een korting krijgen van 2 tot 3,5 procentpunt op de marktrentevoet voor renovatie van label E of F tot label A, B, C of D. Enkel wie een woning met een label E of F wil renoveren tot een label A, kan de grootste korting op de rente (-3,5%) genieten en het hoogste bedrag (60.000 euro) lenen.


Lees hier de uitgebreide analyse over de veranderingen op de vastgoedmarkt in 2023.


5. Hervorming notariaat


Wie een huis koopt, zal gelukkig ook enkele euro's kunnen uitsparen. Door de hervorming van het notariaat komt er een korting die geldt voor alle financieringen met een krediet voor huizen tot en met 850.000 euro. Wie een woning koopt voor 100.000 tot 350.000 euro, zal daardoor gemiddeld 1.000 euro minder moeten betalen bij de notaris.

Er komt daarnaast een vast ereloon van 195 euro voor enkele notariële akten, zoals de zorgvolmacht, de akte van erfopvolging en de aanvaarding van een erfenis onder voorrecht van boedelbeschrijving. Ook de kosten voor de oprichting van een besloten vennootschap zakken van 1.500 euro naar 1.000 euro. Daarin zitten de publicatiekosten, belastingen,

een vast ereloon van 200 euro en een forfait voor de aktekosten van 275 euro. Zowat de helft van wat de ondernemer betaalt aan de notaris, komt dus bij de overheid terecht.


6. Meer pensioen voor onthaalouders en meewerkende echtgenoten


Pas sinds 1 april 2003 hebben onthaalouders een eigen sociale bescherming. Voor de jaren die ze voordien aan de slag waren, bouwden ze echter geen pensioenrechten op.

Het gevolg is dat mensen die vandaag met pensioen gaan, een laag pensioen krijgen op basis van de jaren die ze na 2003 hebben gewerkt.

Voortaan zullen die jaren zwaarder wegen in de pensioenberekening.


En sinds 1 juli 2005 zijn meewerkende partners verplicht zich aan te sluiten bij het zogenoemde maxistatuut, waardoor ze voor het eerst pensioenrechten zijn beginnen op te bouwen. Voor de meewerkende partners die de komende jaren met pensioen gaan, bestaat dat statuut nog niet lang genoeg om een 30-jarige loopbaan voor te leggen. Zij zouden dus uit de boot vallen, maar worden weer opgevist door de versoepeling van 1 januari.


7. Basisondersteuningsbudget wordt ondersteuningstoeslag


Jongeren met een zware zorgnood ontvangen hun ondersteuningstoeslag vanaf 1 januari 2023 via het Groeipakket.

Tot nu toe werd die toeslag betaald door de zorgkassen binnen de Vlaamse Sociale Bescherming als het basisondersteuningsbudget (BOB).

Het gaat om een tegemoetkoming van 324,73 euro netto per maand, naast de zorgtoeslag voor jongeren tot 21 jaar met een specifieke ondersteuningsbehoefte.

Er wordt op basis van een medisch-sociale schaal bepaald wie in aanmerking komt, en de uitbetaler bekijkt dan of je er recht op hebt en ook over welke periode.

Concreet gaat het over de kinderen die nu al recht hebben op een zorgtoeslag van minstens 12 punten (minimum 448 euro, maximum 582,73 euro) en geen niet-rechtstreeks toegankelijke hulp ontvangen.


8. Kroatië in de eurozone


Kroatië treedt op 1 januari 2023 toe tot de eurozone. Wie er komende zomer op reis wil gaan, hoeft niet langer te sukkelen met wisselkoersen en ingewikkelde berekeningen om te weten hoeveel die toeristische valkuil nu exact kost.